Naar Istanbul: Van het Marsdiep naar de Bosporus
Zomaar een idee: per trein van het Marsdiep naar de Bosporus, van het ‘begin’ van Europa naar het ‘einde.’ Vanuit zijn nieuwe woonplaats Den Helder begint reisschrijver Jeroen Vogel aan zijn reis naar Istanbul en doet daarvan verslag in dit pretentieloze boekje vol gesprekken en indrukken.
In de Amerika's: Met het openbaar vervoer van de ijsberen naar de pinguïns
In het noorden van Noord-Amerika leven de ijsberen; in het zuiden van Zuid-Amerika de pinguïns. Jeroen Vogel besluit met lokaal openbaar vervoer van de ene diersoort naar de andere te reizen, dwars door de beide Amerika’s.
Vanuit het Canadese Churchill (de ‘IJsbeerhoofdstad van de Wereld’) gaat de reis via de Verenigde Staten naar Mexico, waar hij door een naderende orkaan vast komt te zitten en een hotelkamer deelt met een drugssmokkelaar. In Honduras moet hij een grenswachter omkopen voordat hij het land mag verlaten, en in Panama reist hij in de voetsporen van de legendarische reisschrijver Paul Theroux langs het Panamakanaal. Via landen als Colombia, Ecuador, Peru en Bolivia bereikt hij het noorden van Chili, waar zijn weerzin tegen de krappe en dampende bussen inmiddels zodanig groot is geworden, dat liften door de gortdroge en snikhete Atacamawoestijn plotseling een heel aanlokkelijk alternatief lijkt.
In dit komische en kleurrijke reisboek doet Jeroen Vogel verslag van zijn meest avontuurlijke reis tot nu toe.
In Banff: Nachtwacht
Banff wordt jaarlijks bezocht door vier miljoen toeristen. Ze komen voor de overweldigende natuur, de wilde dieren, de wintersport, de prachtige wandelroutes en de vele attracties. Het stadje, ontstaan op een plek waar drie jonge spoorwegwerkers heetwaterbronnen ontdekten, ligt middenin de prachtige Rocky Mountains, omringd door turquoise meren, schone lucht en machtige bergtoppen. “Het moet geweldig zijn om hier te wonen,” verzuchten de toeristen dikwijls.
Alleen de bevolking weet hoe het is om daar te wonen, ware het niet dat veel inwoners tijdelijke werknemers zijn die om uiteenlopende naar Banff zijn gekomen. Jeroen Vogel wordt één van hen wanneer een Australische vriendin hem laat weten dat het Canadese hotel waar ze voor werkt een fulltime nachtreceptionist zoekt en een werkvergunning voor twee jaar heeft klaar liggen. Het lijkt een uitgelezen kans: een paar maanden eerder hadden ze nog tegen elkaar gezegd een klik te voelen. Komt de relatie van de grond nu ze plotseling herenigd worden?
Nachtreceptionisten in Banff hebben het niet gemakkelijk. Terwijl Jeroen verwachtte dat hij in een nationaal park zou worden omringd door creatievelingen en natuurliefhebbers, is hij regelmatig bezig met het bestrijden van geluidsoverlast en ander asociaal gedrag. Eén probleempje: hij is niet in de wieg gelegd voor dit soort situaties.
Fijne vakantiebestemmingen versus wat ze echt zijn: In Banff: Nachtwacht gaat op zoek naar het verhaal achter Banff en duikt tussen alle perikelen van het heden door in de geschiedenis om de ziel van het bergstadje bloot te leggen. Een bergstadje dat ontstond doordat de grote baas van de Canadese spoorwegmaatschappij zei: “Ik kan het landschap niet exporteren, maar ik kan de toeristen wel importeren.”
Faalverhalen, dolkomische anekdotes, memorabele en merkwaardige karakters en nachtelijke hotelgasten vormen samen met een vleugje lokale geschiedenis de ingrediënten voor een heerlijk, luchtig boek over de keerzijde van een wereldberoemd toeristenoord.
In Venetië: C.I.C.
Wanneer een Nederlandse twintiger niet langer kan wachten op de immer vertraagde toewijzing van zijn Amerikaanse werkvergunning, gaat hij voor een stacaravanverhuurder aan het werk op een camping in de provincie Venetië. Zijn grote ambitie is om de Amerikaanse teleurstelling te verpulveren onder Italiaans succes: hij wil een zomer zonder klachten. Als Courier In Charge (C.I.C., teamleider) met ervaring en productkennis moet dit lukken. En aanvankelijk gaat inderdaad alles goed: hij heeft een leuk team en de eerste gasten zijn tevreden.
Bij de collega’s op nabijgelegen campings loopt het echter minder goed. Onder druk van klagende campingmedewerkers schuift de regiomanager met personeel in de hoop de ideale teams te creëren. Tevergeefs: op een dag neemt de gefrustreerde regiomanager ontslag en komt er een vacature open te staan waarvoor er geen kandidaten lijken te zijn, behalve die ene twintiger die zo graag een succes van zijn tijd in Venetië wil maken.
In Venetië: C.I.C. is een zorgvuldig geconstrueerd reismemoir die zich niet in de antieke stad afspeelt, maar in het kleine wereldje van campingmedewerkers. Wat begint als een rustig en overzichtelijk verhaal ontaardt al snel in een aaneenschakeling van te blussen brandjes en gespannen verhoudingen met als rode draad de ontwikkeling van een beladen vriendschap.
Remoto
Hoe vergaat het een Nederlandse jongen als hij niets of niemand meer heeft, behalve de kleren die hij al droeg?
Remoto is het onwaarschijnlijke verhaal van de 12-jarige Simon Vide, die na een schipbreuk in zijn eentje moet zien te overleven op een onbewoond eilandje. In dagboekvorm neemt hij de lezer mee op zijn bizarre en wonderbaarlijke avontuur.
In Nederland 2: De weg naar Klein-Kuttingen
De tweede coronagolf spoelt over Nederland. Het volk wordt geadviseerd om niet naar het buitenland op vakantie te gaan. De horeca is dicht. Premier Mark Rutte komt erachter dat de mens van nature de randen van haar vrijheden opzoekt en moet almaar strengere maatregelen nemen om het virus geen vrij spel te geven.
Onder deze omstandigheden besluit reisschrijver Jeroen Vogel van het noordelijkste naar het zuidelijkste puntje van het Nederlandse vasteland te wandelen: van de Noordkaap op de Groninger zeedijk naar Klein-Kuttingen in Zuid-Limburg, via het Pieterpad. In een tijdsbestek van vier maanden loopt hij zijn tocht verdeeld over 24 wandeldagen. Onderweg leest hij het nieuws over het coronavirus, maar in de bossen is er weinig van te merken.
Met sarcasme en een vleugje cynisme beschrijft Jeroen Vogel deze tweespalt in een geschiedenisboek voor de toekomst. Het boek eindigt met een gedetailleerde routebeschrijving van de wandeltocht van Maastricht naar Klein-Kuttingen.
In Cuba: De trein naar Guantánamo
‘Wie een land goed wil leren kennen, stapt voor een eerste kennismaking op de trein,’ schrijft Jeroen Vogel wanneer hij begint aan zijn treinreis door Cuba. Van het westelijk gelegen stadje Guane, waar de spoorbaan begint, reist hij in omgebouwde goederenwagons en de allernieuwste rijtuigen oostwaarts richting Guantánamo, waar het spoor eindigt.
Onderweg slaapt hij in casas particulares, brengt hij uren door in de wachtkamers op stations en slentert hij door Havana Vieja, Viñales en Santiago de Cuba. In Baracoa maakt hij kennis met een groepje gepensioneerde westerlingen dat met één doel naar Cuba is afgereisd: gewillige meiden van twintig jaar. Al snel doopt hij hen de Baracoa Desperado Club. In Ciego de Ávila wordt hem de hotelkamer geweigerd omdat hij een buitenlander is en in Santiago de Cuba weigert de lokettist hem om dezelfde reden een treinkaartje voor het allerlaatste traject…
Het resultaat van al deze (en nog veel meer) ervaringen is De trein naar Guantánamo, een levendig en humoristisch reisverhaal vol gebeurtenissen, ontmoetingen, weetjes, geschiedenis en observaties die het mysterieuze eiland tot leven brengen. Dit boek is een must-read voor (potentiële) Cuba-gangers, leunstoelreizigers, treinfanaten en iedereen die graag kennis wil maken met (of herinneringen wil ophalen aan) een bijzonder land.
In Nederland: Op reis in een klein koninkrijk
De tweede coronagolf spoelt over Nederland. Het volk wordt geadviseerd om niet naar het buitenland op vakantie te gaan. De horeca is dicht. Premier Mark Rutte komt erachter dat de mens van nature de randen van haar vrijheden opzoekt en moet almaar strengere maatregelen nemen om het virus geen vrij spel te geven.
Onder deze omstandigheden besluit reisschrijver Jeroen Vogel van het noordelijkste naar het zuidelijkste puntje van het Nederlandse vasteland te wandelen: van de Noordkaap op de Groninger zeedijk naar Klein-Kuttingen in Zuid-Limburg, via het Pieterpad. In een tijdsbestek van vier maanden loopt hij zijn tocht verdeeld over 24 wandeldagen. Onderweg leest hij het nieuws over het coronavirus, maar in de bossen is er weinig van te merken.
Met sarcasme en een vleugje cynisme beschrijft Jeroen Vogel deze tweespalt in een geschiedenisboek voor de toekomst. Het boek eindigt met een gedetailleerde routebeschrijving van de wandeltocht van Maastricht naar Klein-Kuttingen.
In Vietnam: Met 100cc van Saigon naar Hanoi
Met 100cc van Saigon naar Hanoi – twee Nederlandse vrienden besluiten het te gaan doen. In Saigon kopen ze ieder een ‘motor’ en beginnen zonder enige ervaring aan een avontuurlijke reis die hen langs de kust en door de Centrale Hooglanden voert.
Onderweg raken ze elkaar kwijt in het onmogelijke verkeer in Ho Chi Minhstad, slapen in spotgoedkope hotelletjes, hebben om de haverklap motorpech, vergapen zich aan het adembenemende landschap en komen terecht in de kleinste dorpjes. Alles verloopt volgens plan, totdat er zich twee Italianen en een knappe Russin bij het tweetal voegen die veel meer haast blijken te hebben. Terwijl de ene vriend met nauwelijks dertig kilometer per uur bergopwaarts weet te rijden, houdt de andere vriend vast aan de gezellige Italianen, die vijfhonderd kilometer per dag willen afleggen.
In Australië: Twee jaar in het Land Daaronder
Op de eerste dag van zijn jaar in Australië hoort Jeroen Vogel dat hij er ook nog een tweede jaar mag blijven, mits hij drie maanden boerderijwerk verricht. Zo gezegd, zo gedaan. En zodoende verblijft hij, niet bepaald tegen z’n zin, twee jaar lang in The Land Down Under – het land daaronder.
Tijdens zijn trektocht door het roestrode landschap komt hij in aanraking met kleurrijke karakters, werkt als pompoenenplukker (succesvol) en koeienmelker (stukken minder succesvol), stuit op de problematische verstandhouding tussen de verschillende bevolkingsgroepen, treft zijn auto – twee dagen voordat hij aan een roadtrip zou beginnen – uitgebrand aan, ploegt door de Tasmaanse sneeuw en werkt kortstondig aan zijn nieuwe ‘carrière’ in de irrigatie-industrie. Maar bovenal wordt hij verliefd op het prachtige land dat Australië heet.
In Australië is een heerlijk reisverhaal dat met veel vaart, humor en scherpe observaties een treffend beeld schetst van een land dat zo herkenbaar is en tegelijkertijd zo ontzettend uniek.